Wonen en zorg
Beschermd Wonen
Het Rijk en de gemeenten hebben in juli 2019 afgesproken in tien jaar tijd tot een gefaseerde invoering van de doordecentralisatie van beschermd wonen te komen. Dat betekent dat gemeenten geleidelijk overstappen van de huidige historische verdeling van de middelen via de centrumgemeenten naar een volledig objectieve verdeling over alle gemeenten. Vanaf 2022 zou een deel van de middelen voor beschermd wonen objectief verdeeld worden. In november 2020 heeft het Rijk besloten de herverdeling van de middelen uit te stellen naar 2023. Over de eventuele doordecentralisatie van de maatschappelijke opvang zal op basis van een evaluatie daarna een beslissing worden genomen.
Noodopvang
In het hele jaar is er noodopvang aangeboden aan dakloze gezinnen. Deze taak werd tot halverwege 2019 uitgevoerd door de gemeente Amsterdam. In veruit de meeste gevallen gaat het om de opvang van dakloze alleenstaande moeders. De redenen voor dakloosheid zijn divers. Soms was er een slechte inwoonsitiuatie: ze woonden bijvoorbeeld in bij familie. Of er was sprake van een scheiding. In een enkel geval waren er betalingsachterstanden.
De noodopvang bestaat uit het aanbieden van een vorm van onderdak, bijvoorbeeld een vakantiewoning of een hotelkamer. En er wordt verhuisbegeleiding aangeboden. Het dakloze gezin krijgt hulp bij het zoeken naar een woning. Gezinnen stromen na verloop van tijd uit naar een woning, bijvoorbeeld in hun netwerk.
Er is minder vaak een beroep gedaan op noodopvang dan begroot. Ontwikkelingen die daarop in 2020 van invloed zijn geweest is dat er als onderdeel van de coronamaatregelen een embargo op huisuitzettingen is geweest. Verder is het beleid dat gezinnen die uit een tijdelijk huurcontract komen, waaronder studenten, geen noodopvang wordt aangeboden. Door de aanpak van "Vroeg er op af" komt dakloosheid als gevolg van het hebben van huurschulden steeds minder voor.
Met de regio Amstelland is overleg geweest over het opzetten van passantenpensions voor de opvang van economisch daklozen. Met economisch daklozen worden zelfredzame mensen bedoeld die geen woning hebben of die van adres naar adres in hun netwerk verhuizen. In 2021 zal er verder over bericht worden.
Urgent woningzoekenden
In het begin van 2020 waren urgent woningzoekenden nog verplicht om zelf op vrijkomende woningen te reageren op Woningnet. Vanaf september is er over gestapt op directe bemiddeling van urgenten. De corporaties bieden vrijkomende woningen aan aan de gemeente. De gemeente kijkt of er bij de urgent woningzoekenden geschikte kandidaten voor de woning zitten. Het doel is om zo een betere match te maken tussen de woonbehoeften van de urgent woningzoekende en de woning waardoor de urgent woningzoekende beter op zijn plek zit. In de praktijk blijkt dit een goede werkwijze. Bij urgent woningzoekenden gaat het om mensen met een ernstig en acuut woonprobleem. Een bijkomend voordeel van de directe bemiddeling is dat de wachttijd voor urgent woningzoekenden is teruggelopen van meer dan een jaar naar minder dan zes maanden.